Als ik er niet meer ben

 

De afgelopen weken ben ik een aantal keer geconfronteerd met het feit dat het leven stopt.
Iets waar ik eigenlijk nooit bij stil sta.
Gewoonweg omdat het niet voorkomt in mijn plan der plannen.
Dat het leven van dierbaren kan stoppen, op de meest vreemde manieren; maar ook mijn leven.

Het gaat een keer gebeuren.
Ik hoop dat het me overvalt. Terwijl ik met mijn glas wijn onder de olijfboom zit, in de tuin van mijn Zuid Franse beleggingsobject.
Maar, het kan ook op een kille snelweg zijn omringd door xenon-verlichting en vies asfalt en lege pakjes sigaretten in de berm.


Ik hoop wel dat ik het me bewust ben.
Want dat past bij me.
Dat ik vlak voordat ik ga mezelf realiseer ‘’Dag wereld, het was tof’’.
En dan op naar het volgende avontuur.

In de gesprekken die ik de afgelopen weken voerde met mensen die weten dat ze snel doodgaan kwam naar boven dat zij het belangrijk vonden om alles goed ‘geregeld’ te hebben.
Dat werd zeg maar hun nieuwe levenswerk. Cynisch, ja ik weet het.
Meerdere malen werd mij de vraag gesteld ‘’Heb jij alles al geregeld Manon? ‘’.
Eeh, nee.
Ik heb geen schulden buiten mijn hypotheek, er zit overwaarde op mijn huis, ik hoop dat de mensen er een mooi feestje van maken en hoi.
Bepaal het vooral lekker zelf, jullie weten wel wat ik leuk had gevonden maar hé, al draai je Jannes op mijn dienst…ik ben toch dood. Lekker belangrijk.
Mijn wedervraag was ‘’Ben je bang?’’
Opzienbarend genoeg kwam toen naar buiten….’’Ja, ik wil niet vergeten worden’’.
Ha! Dat is in ieder geval iets wat mij niet zal overkomen dacht ik triomfantelijk.
Maar, is dat wel zo?
Als alle mensen die nu van mij houden ook dood zijn; en hun kinderen ook die mij wellicht nog via verhalen hebben leren kennen, wie weet er dan nog wie Manon was?
Zit ik daarmee?
En dat weet ik dus niet.

Hoe tof zou het zijn om herinnerd te worden als een grootheid, iemand die daadwerkelijk iets heeft betekend voor de wereld.
Aan de andere kant, het kan me ook geen ene fluit schelen; ik beteken genoeg.
’T is wel een mooi bruggetje.
Naar het nu.
Naar het leven zoals het is.
En dat vormt weer een mooi bruggetje naar het slechte weer buiten, naar de herfst.
De herfst is namelijk altijd een periode waarin ik me heel goed bewust ben van het leven wat ik leef.
Het is het meest bedrieglijke seizoen wat we hebben; iedereen noemt altijd de lente in verband met het ‘’nieuwe begin’’.
Ammehoela.
Zonder herfst geen lente; zonder eekhoorns die zaadjes verstoppen geen nieuwe bomen, zonder rottende blaadjes op de grond geen goed eco-klimaat.
Kortom, wil je wat in de melk te brokkelen hebben dan moet je bij de herfst zijn.
Zo ook ondergetekende.

Ik hou van de herfst.
Hoe alle sterken zich begraven voor de winter, hoe alle zwakken sterven.
Ik hou van die natuurlijke selectie. Zouden we wat mij betreft vaker mogen doen.

Het is me het afgelopen jaar overduidelijk geworden dat het leven geen reis is.
Mijn bestaan is niet een soort van noodzakelijk iets, het gaat nergens heen, er is geen eindbestemming zeg maar.
Vergelijk het maar met muziek.
Muziek, als kunst, is speelbaar.
We zeggen niet ‘’werk op/naar/van die piano’’ nee; we zeggen ‘’bespeel de piano’’.
Het heeft geen einde, geen grote finale, geen presteren.

Het doel van leven is leven, niets meer maar ook niets minder.
Echter zijn wij danig van het padje gebracht door al die idioten die hebben verzonnen dat we iets na moeten streven.
Een diploma, een baan, een volgende baan.
Een goed-beter-best salaris, een partner, een huis.
Kinderen.
Een labrador; en een Volvo.

Zo voeden wij onze kinderen op, zo werkt onze maatschappij.
Er volgt op het ene behaalde altijd het andere nog te behalen.
En we houden ons zelf voor; ‘’Het komt!’’ nog even deze hobbel en dan zijn we weer een stapje dichterbij!
En hoe ouder we worden, hoe luider we tegen ons zelf zeggen ‘’Let maar op, we zijn er bijna, het komt!’’.
Eigenlijk houden we onszelf daarmee voor de gek.
Want als je daar staat, op je 40e, of 65e dan voel je ,je niet anders dan nu.
Je energie is op.
De muziek is al lang gestopt met spelen.
Je had eigenlijk moeten dansen. En zingen. En springen en lachen. En huilen en vrijen. En gewoon zijn.
Terwijl de muziek aan het spelen was.

En ik hoop, later of binnenkort; op die Zuid Franse berg of op die snelweg.
Op het moment dat de mute-knop zal worden ingedrukt, klaar te zijn met dansen.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *